De segmenthiërarchie wordt pas toegepast als de geconverteerde gebruiker zich in een advertentiegroep bevindt met de hoogste bodaanpassing en meer dan één overlappend segment. Anders wordt de conversie toegeschreven aan het segment dat de vertoning daadwerkelijk heeft geactiveerd. Attributiekrediet kan slechts aan één doelgroepsegment worden toegekend.
De attributiehiërarchie wordt in Google Ads op 2 manieren bepaald:
- Als een gebruiker op meerdere doelgroeplijsten in dezelfde advertentiegroep staat:
- Vertoningen, klikken, kosten en conversies worden toegeschreven aan de doelgroep met de hoogste bodaanpassing.
- Deze hiërarchie heeft betrekking op zowel campagnes met handmatige biedingen als campagnes waarvoor Slim bieden is ingesteld (dus bijvoorbeeld ook als de bodaanpassing niet rechtstreeks in de veiling wordt gebruikt).
- Bij Slim bieden is de hoogste bodaanpassing alleen relevant voor rapportage en attributie, en heeft deze geen invloed op de prestaties.
- Als een gebruiker op meerdere lijsten met dezelfde hoogste bodaanpassing staat:
- Attributie voor vertoningen, klikken, kosten en conversies wordt gedistribueerd volgens een gedefinieerde hiërarchie.
Klantenmatch heeft prioriteit 1, gevolgd door remarketing en vergelijkbare segmenten (waaronder voor Google Ads en YouTube) met prioriteit 2. Gecombineerde doelgroepen hebben prioriteit 3 en affiniteitsdoelgroepen en in-market-doelgroepen prioriteit 4. Doelgroepen op basis van gedetailleerde demografie krijgen prioriteit 5.
