Aangepaste zero-touch-configuraties maken voor Android-apparaten

Deze functie is beschikbaar voor Cloud Identity Premium. Versies vergelijken

Als beheerder kunt u Android-apparaten implementeren waarvoor het beleid van uw organisatie al van kracht is. Als een gebruiker het apparaat aanzet, checkt het apparaat of er een zakelijke apparaatconfiguratie is. Als er een apparaatconfiguratie is toegewezen, downloadt het apparaat de Android Device Policy-app en wordt de installatie van het apparaat afgerond.

Zero-touch enrollment wordt ondersteund door de meeste Android EMM's. Deze pagina gaat over het beheer van apparaten in de Google Beheerdersconsole met Google-eindpuntbeheer. Zie Zero-touch enrollment voor IT-beheerders voor meer informatie over zero-touch enrollment in het algemeen.

Apparaatvereisten

  • Koop zero-touch-apparaten rechtstreeks bij een goedgekeurde zero-touch-reseller. De reseller stelt uw zero-touch enrollment-account in wanneer uw organisatie de apparaten koopt. Zie Zero touch-resellers om een reseller te zoeken. Als uw gewenste reseller niet in de lijst staat, kunt u deze voorstellen om deel te nemen aan het Android Enterprise-partnerprogramma.
  • Gebruikers moeten een apparaat met Android 9.0 Pie of hoger, of een Pixel-telefoon met Android 7.0 Nougat of hoger hebben.
  • Apparaten moeten werkprofielen ondersteunen.
  • U vindt een lijst met geschikte apparaten op Android Enterprise.

Stap 1: Google-eindpuntbeheer instellen

  1. Geavanceerd mobiel beheer instellen voor Android-apparaten.
  2. Instellingen toepassen op mobiele Android-apparaten
  3. (Optioneel, aanbevolen voor meer beheerfuncties) Als uw versie dit ondersteunt, voegt u apparaten toe aan de inventaris van apparaten die eigendom zijn van het bedrijf. Als u apparaten niet toevoegt aan de inventaris van apparaten die eigendom zijn van het bedrijf, beschouwen Google-eindpuntbeheer en Contextbewuste toegang die als eigendom van de gebruiker.

Stap 2: Een apparaatconfiguratie instellen

Met de apparaatconfiguratie bepaalt u hoe een apparaat met zero-touch enrollment zichzelf registreert. U kunt apparaatconfiguraties instellen en beheren in de portal voor zero-touch enrollment in een browser.

We raden u aan een standaardconfiguratie in te stellen die wordt toegepast op nieuwe zero-touch-apparaten.

In de apparaatconfiguratie staat het volgende:

  • De apparaatbeleidcontroller (DPC) die moet worden geïnstalleerd
  • De inschrijfopties die moeten worden toegepast
  • Supportgegevens om uw gebruikers te helpen tijdens de installatie

Een configuratie maken

  1. Open de portal.
  2. Log in met uw beheerdersaccount (dit eindigt niet op @gmail.com).
  3. Klik links op Configuraties.
  4. Klik in het gedeelte Configuraties op Toevoegen .
  5. Vul de gegevens van de configuratie in:
    1. Configuratienaam: Voer een korte, beschrijvende naam in die het doel van de configuratie beschrijft en die makkelijk te vinden is in een menu, zoals Verkoopteam of Tijdelijke werknemers.
    2. EMM DPC: Selecteer Android Device Policy.
    3. DPC-extra's (optioneel): Als u wilt dat apparaten alleen kunnen worden ingeschreven met een gebruikersaccount in uw organisatie, vult u de volgende configuratie in:

      {"android.app.extra.PROVISIONING_ADMIN_EXTRAS_BUNDLE": {"com.google.android.apps.work.clouddpc.EXTRA_FORCED_DOMAINS": "[\"uw-bedrijf.com\",\"ander-bedrijf.com\"]"}}

    4. Bedrijfsnaam (optioneel): Vul de naam van uw organisatie in. Gebruikers zien de bedrijfsnaam tijdens de apparaatregistratie.

    5. Supportmailadres (optioneel): Vul een e-mailadres in zodat gebruikers contact kunnen opnemen als ze hulp nodig hebben, bijvoorbeeld uw interne supportmailadres. Gebruikers zien dit e-mailadres voordat ze het apparaat registreren. Gebruikers kunnen niet op het e-mailadres klikken om een bericht te sturen. Kies dus een kort e-mailadres dat ze makkelijk kunnen intypen op een ander apparaat.

    6. Supporttelefoonnummer (optioneel): Vul een telefoonnummer in dat gebruikers kunnen bellen vanaf een ander apparaat voor hulp, zoals het telefoonnummer van uw IT-supportteam. Gebruikers zien dit telefoonnummer voordat ze het apparaat registreren. Gebruik het plusteken, streepjes of haakjes om het telefoonnummer weer te geven op een manier die gebruikers herkennen.

    7. Aangepast bericht (optioneel): Vul 1 of 2 zinnen in waarin u uitlegt hoe gebruikers contact kunnen opnemen met support of waarin meer informatie staat over wat er gebeurt met het apparaat. Dit bericht wordt getoond voordat het apparaat wordt ingesteld.

  6. Klik op Toevoegen.
  7. (Optioneel) Selecteer in het gedeelte Standaardconfiguratie de configuratie die u heeft toegevoegdand thenToepassen.

Stap 3: De configuratie toepassen op apparaten

Als u een configuratie toepast op een apparaat, wordt het apparaat automatisch geconfigureerd wanneer het voor het eerst wordt opgestart of wanneer de fabrieksinstellingen erop worden teruggezet. U kunt configuraties handmatig of op meerdere apparaten tegelijk toepassen.

Een configuratie toepassen op één apparaat

  1. Open de portal. U moet mogelijk inloggen.
  2. Klik links op Apparaten.
  3. Zoek het apparaat waarop u de configuratie wilt toepassen aan de hand van het IMEI- of serienummer.
  4. Kies een optie:
    • Stel bij Configuratie de configuratie in die u wilt toepassen.
    • Selecteer Geen configuratie om het apparaat tijdelijk te verwijderen uit zero-touch enrollment.

Een configuratie toepassen op meerdere apparaten tegelijk

Als u een configuratie op meerdere apparaten tegelijk wilt toepassen, uploadt u een csv-bestand met de configuratie-ID en hardware-ID's voor elk apparaat. U kunt een csv-template downloaden uit de portal om mee te beginnen. Zie Indeling van csv-bestand met apparaatconfiguratie voor meer informatie.

Belangrijk:

  • Het csv-bestand mag niet groter zijn dan 50 MB. Als het bestand groter is, kunt u het opsplitsen in meerdere uploads.
  • Als u een apparaat met 2 simkaarten wilt instellen, gebruikt u de eerste hardware-ID, omdat zero-touch enrollment apparaten herkent via modem 1. Een apparaat met 2 simkaarten heeft 2 modems en 2 IMEI- of MEID-nummers. Als u een apparaat met 2 simkaarten instelt met een ander IMEI- of MEID-nummer, wordt in de portal een nieuw, apart apparaat weergegeven dat niet door zero-touch enrollment wordt herkend of ingesteld.

Zo downloadt u een template en uploadt u een ingevuld csv-bestand:

  1. Open de portal. U moet mogelijk inloggen.
  2. Klik links op Apparaten.
  3. Klik naast Apparaten op Meer .
  4. (Optioneel) Klik op Voorbeeld-csv downloaden om een template van een csv-bestand te downloaden.
  5. Klik op Batchconfiguraties uploaden.
  6. Selecteer het csv-bestand.
  7. Klik op Uploaden.

Wanneer het bestand is verwerkt, verschijnt er in de portal een melding met een link naar de pagina met de uploadstatus. U krijgt ook een e-mailoverzicht. Klik in de e-mail op Details weergeven om de statuspagina te openen. Apparaten waaraan geen configuratie is toegewezen, worden weergegeven met een reden voor de fout.

Apparaatbeheer

Een zero-touch enrollment-apparaat overzetten naar een andere gebruiker (registratie ongedaan maken)

Als u het eigendom van een apparaat wilt overzetten, moet u de registratie van het apparaat ongedaan maken in de portal voor zero-touch enrollment.

Als u de registratie van een apparaat ongedaan heeft gemaakt en het weer wilt registreren voor zero-touch enrollment, neemt u contact op met uw reseller.

De registratie van een apparaat ongedaan maken

  1. Open de portal. U moet mogelijk inloggen.
  2. Klik links op Apparaten.
  3. Zoek in het gedeelte Apparaten het apparaat waarvan u de registratie ongedaan wilt maken.
  4. Klik op Registratie ongedaan maken > Registratie ongedaan maken.
Een apparaat tijdelijk uitsluiten van zero-touch enrollment

Als u niet wilt dat een apparaat automatisch wordt ingeschreven bij het opstarten, verwijdert u de zero-touch-configuratie uit de portal voor zero-touch enrollment:

  1. Open de portal. U moet mogelijk inloggen.
  2. Klik links op Apparaten.
  3. Zoek het apparaat waarvan u de configuratie wilt verwijderen. U vindt apparaten aan de hand van het IMEI- of serienummer.
  4. Selecteer bij Configuratie de optie Geen configuratie.

Problemen oplossen

Het apparaat registreert zichzelf niet
  1. Check in de portal of het apparaat is geregistreerd voor zero-touch enrollment:
    • Zoek het apparaat aan de hand van de hardware-ID, zoals het IMEI-nummer.
    • Als u het apparaat niet kunt vinden, zet u de fabrieksinstellingen erop terug en neemt u contact op met de reseller van het apparaat om het apparaat te registreren.
  2. Check of u een configuratie op het apparaat heeft toegepast.
    1. Zoek het apparaat in het portal en check of Configuratie niet is ingesteld op Geen configuratie.
    2. Als dit wel het geval is, selecteert u een configuratie. Zet de fabrieksinstellingen daarna terug op het apparaat zodat zero-touch enrollment het apparaat instelt.
  3. Check of het apparaat een werkende dataverbinding heeft tijdens de installatie.

    Voor zero-touch enrollment is een ethernet-, wifi- of mobiele dataverbinding nodig met de servers van Google. De instelwizard blokkeert standaard het gebruik van roamingdata. Als er geen dataverbinding is of als de verbinding verkeer naar de Google-servers blokkeert, slaat het apparaat zero-touch enrollment over.

    Geef een werkende dataverbinding op om dit probleem op te lossen. Het apparaat wordt gereset als er voor het eerst verbinding wordt gemaakt met de Google-servers. De gebruiker wordt 1 uur voor het resetten gewaarschuwd door het systeem.

Zero-touch enrollment zou niet moeten gelden voor dit apparaat

Als een apparaat is geregistreerd voor zero-touch enrollment, wordt na het opstarten 'Uw apparaat op het werk' weergegeven met de uitleg dat het apparaat wordt beheerd.

Doe het volgende als een apparaat niet automatisch moet worden ingeschreven:

  1. Zorg dat het apparaat niet bij uw organisatie is geregistreerd voor zero-touch enrollment.
    1. Zoek het apparaat in de portal aan de hand van een hardware-ID, zoals het IMEI-nummer.
    2. Als u het apparaat heeft gevonden, klikt u op Registratie ongedaan maken.
  2. Neem contact op met de organisatie die probeert het apparaat in te schrijven.
    1. Zet de fabrieksinstellingen terug op het apparaat.
    2. Klik in het scherm Uw apparaat op het werk op de link om contact op te nemen met degene van wie u het apparaat heeft gekregen.
    3. Zoek in Apparaatgegevens het telefoonnummer, het e-mailadres en de ID's en noteer deze.
    4. Vraag de organisatie de registratie van het apparaat voor zero-touch enrollment ongedaan te maken.

      Voeg de ID's die u heeft genoteerd en een link naar deze pagina toe.

Gerelateerde onderwerpen

Was dit nuttig?

Hoe kunnen we dit verbeteren?
Zoeken
Zoekopdracht wissen
Zoekfunctie sluiten
Hoofdmenu
9233168295188275871
true
Zoeken in het Helpcentrum
true
true
true
false
false