In dit artikel wordt beschreven hoe u labels maakt en beheert in Google Ad Manager. Hierin wordt uitgelegd hoe u de typen definieert, ze deactiveert en voorkomt dat ze specifieke functies uitvoeren.
Op deze pagina:
Labels kunnen voor verschillende doeleinden worden gebruikt. Voordat u een label maakt, is het belangrijk dat u weet wat labeltypen zijn, zodat u de juiste labels voor uw campagnes maakt.
Nieuwe labels
- Log in bij Google Ad Manager.
- Klik op Beheerder, dan op Voorraad en dan op Labels.
- Klik op Nieuw label.
- Geef een naam op voor het label. De naam mag 127 tekens lang zijn.
- Voeg een beschrijving van het label toe (optioneel, maar aangeraden zodat anderen het label begrijpen).
- Selecteer het type label dat u wilt maken (optioneel). Labeltypen hebben verschillende doeleinden, van het groeperen van items voor rapportage tot het helpen bij het beheer van bepaalde typen advertentiemateriaal.
- Klik op Opslaan.
Labels deactiveren
U kunt een label deactiveren zodat dit niet meer wordt toegepast op de advertentieweergave of invloed heeft op de levering. Het is niet nodig om het label te verwijderen uit regelitems, voorraad of tags.
-
Ga naar Beheerder, Voorraad en dan Labels.
-
Selecteer in de tabel met labels de labels die u wilt deactiveren.
-
Klik op Deactiveren.
U kunt ook voorkomen dat een label een bepaalde functie uitvoert door het selectievakje voor dat labeltype uit te vinken. Als u bijvoorbeeld wilt dat een label een advertentie-uitsluitingsregel niet meer uitvoert, kunt u het selectievakje Advertentie-uitsluiting uitvinken. Als u alle selectievakjes uitvinkt, kan het label actief blijven maar kan het geen functies uitvoeren.
Activeer een label opnieuw door het label in de tabel te selecteren en op Activeren te klikken.