Melding

G Suite heet nu Google Workspace: alles wat u nodig heeft voor uw werk.

Door de gebruiker gedefinieerde variabeletypen voor mobiel

Maak aangepaste, door de gebruiker gedefinieerde variabelen voor mobiel in Google Tag Manager om te voldoen aan specifieke vereisten die mogelijk nog niet worden gedekt door ingebouwde variabelen.

Een nieuwe, door de gebruiker gedefinieerde variabele maken:

  1. Klik in het linkernavigatiemenu op Variabelen.
  2. Klik in het gedeelte 'Door de gebruiker gedefinieerde variabelen' op Nieuw.
  3. Klik op Variabeleconfiguratie en selecteer het gewenste type variabele.
  4. Voltooi de opties voor het geselecteerde type variabele.
  5. Geef een naam op voor de variabele. Gebruik een naamschema dat de functie van de variabele beschrijft, bijv. 'Gegevenslaagvariabele - Productnaam'.
  6. Klik op Opslaan.

Tag Manager ondersteunt de volgende door de gebruiker gedefinieerde typen variabelen voor mobiel:

Firebase

Gebeurtenisnaam

De waarde is ingesteld op 'eventNameXYZ' wanneer de volgende code in uw app wordt uitgevoerd:

Android:
FirebaseAnalytics.getInstance(mContext).logEvent("eventNameXYZ", null);

iOS:
[FIRAnalytics logEventWithName:@"eventNameXYZ" parameters:parameters];

In de meeste gevallen moet u de equivalente ingebouwde variabele gebruiken.

Gebeurtenisparameter:

De waarde is ingesteld op de waarde van een Google Analytics-gebeurtenisparameter (Firebase) voor de opgegeven sleutel.

Firebase-gebruikersproperty

De waarde is ingesteld op de Google Analytics-gebruikersproperty (Firebase) voor de opgegeven sleutel.

Hulpprogramma's

Bijhouden van adverteerders ingeschakeld

Voor Android retourneert de variabele altijd 'waar' (true) als advertentietracking is ingeschakeld, of 'onwaar' (false) als de gebruiker zich heeft afgemeld voor op interesses gebaseerde advertenties. Ga voor meer informatie naar het Android-ontwikkelaarscentrum. SDK-versies ouder dan versie 4 retourneren altijd 'onwaar'. Voor iOS-versies 6 en hoger wordt de waarde ingesteld op de property advertisingTrackingEnabled. In alle andere gevallen wordt de waarde ingesteld op waar. In de meeste gevallen moet u de equivalente ingebouwde variabele gebruiken.

Constante

De waarde is ingesteld op de tekenreeks die u opgeeft.

Google Analytics-instellingen

De variabele voor Google Analytics-instellingen wordt gebruikt in Universal Analytics-tags in webcontainers en mobiele containers (Firebase-containers) om veelgebruikte Google Analytics-instellingen die worden gebruikt voor meerdere tags te configureren te delen. Wanneer u een Google Analytics-tag maakt met Universal Analytics, vraagt Tag Manager u een variabele voor Google Analytics-instellingen te selecteren of te maken. Meer informatie.

Lookup-tabel

De waarde is ingesteld volgens de instructies in de lookup-tabel. De lookup-tabel bevat twee kolommen (tabel leeg om te illustreren hoe gegevens later worden gebruikt):

Wanneer [select variable] gelijk is aan… wordt [this variable] ingesteld op
   

Met de lookup-tabel kunt u een variabele maken waarvan de waarde afhankelijk is van de waarde in een andere variabele. Dit is handig als uw app zo is ingesteld dat de juiste waarde (bijvoorbeeld een ID voor Conversies bijhouden) kan worden toegewezen aan de app-versiecode of een ander aspect van de app. In dit voorbeeld wordt een variabele met de naam Conversie-ID gemaakt. Als de app-versiecode 1.0 is, wordt de waarde ingesteld op '12345'; als de app-versiecode 1.1 is, wordt de waarde ingesteld op '34567'. Er is geen limiet voor het aantal rijen in de lookup-tabel. Velden zijn hoofdlettergevoelig.

Wanneer {{App Version Code}} gelijk is aan… …wordt {{Conversion ID}} ingesteld op
1.0 12345
1.1 34567
1.2 56789

Willekeurig getal

De waarde is ingesteld op een willekeurig getal tussen 0 en 2147483647. In de meeste gevallen moet u de equivalente ingebouwde variabele gebruiken.

Containergegevens

Container-ID

De waarde is de openbare ID van de container (bijv. GTM-ABC42). In de meeste gevallen moet u de equivalente ingebouwde variabele gebruiken.

Containerversienummer

Als de container zich in de voorbeeldmodus bevindt, is de waarde van deze variabele het voorbeeldversienummer van de container. In andere gevallen wordt de variabele ingesteld op het live versienummer van de container. In de meeste gevallen moet u de equivalente ingebouwde variabele gebruiken.

App

App-ID

De waarde is ingesteld op de pakketnaam (Android) of app-ID (iOS). In de meeste gevallen moet u de equivalente ingebouwde variabele gebruiken.

App-naam

De waarde is ingesteld op de naam van de app. In de meeste gevallen moet u de equivalente ingebouwde variabele gebruiken.

App-versiecode

De waarde is ingesteld op de versie van de app die momenteel actief is. In de meeste gevallen moet u de equivalente ingebouwde variabele gebruiken.

ID voor adverteren

Voor Android wordt de waarde ingesteld op de advertentie-ID. SDK-versies ouder dan versie 4 leveren altijd een lege tekenreeks. Voor iOS versie 6 en hoger wordt de waarde ingesteld op de IDFA (identifier for advertising, ID voor adverteren). Anders wordt de waarde ingesteld op een lege tekenreeks.

SDK-versie

De waarde is ingesteld op de SDK-versie van het besturingssysteem waarin de app is geïnstalleerd. In de meeste gevallen moet u de equivalente ingebouwde variabele gebruiken.

Apparaat

Apparaatnaam

De waarde is ingesteld op de apparaatnaam van de app die momenteel actief is (bijvoorbeeld "Samsung Android", "Pixel 2"). In de meeste gevallen moet u de equivalente ingebouwde variabele gebruiken.

Taal

De waarde is ingesteld op de taalcode van twee letters die de door de gebruiker ingestelde taalvoorkeur voor het apparaat aangeeft. In de meeste gevallen moet u de equivalente ingebouwde variabele gebruiken.

Versie besturingssysteem

De waarde is ingesteld op de versie van het besturingssysteem waarin de app is geïnstalleerd. In de meeste gevallen moet u de equivalente ingebouwde variabele gebruiken.

Platform

De waarde is ingesteld op het platform van de app die momenteel actief is (bijvoorbeeld "Android", "iOS"). In de meeste gevallen moet u de equivalente ingebouwde variabele gebruiken.

Schermresolutie

De waarde is ingesteld op de schermresolutie van het apparaat waarop de app op dat moment wordt uitgevoerd. De notatie is 'breedte x hoogte', bijvoorbeeld '1920x1080'. In de meeste gevallen moet u de equivalente ingebouwde variabele gebruiken.

Overig

Functie-aanroep

De waarde is ingesteld op de geretourneerde waarde van een aanroep van een vooraf geregistreerde functie. Raadpleeg de SDK-documentatie voor Android of iOS voor meer informatie.

Waardeverzameling (alleen voor verouderde containers)

Deze variabele bevat een reeks sleutel/waarde-paren in JSON-indeling. U gebruikt een waardeverzameling om de configuratiewaarden voor uw app in te stellen. Voor een app met een racegame zou u bijvoorbeeld een variabele voor app-instellingen kunnen definiëren van het type 'Waardeverzameling' met de volgende code:

{
  "max-fuel": 200,
  "starting-fuel": 100,
  "fuel-burn-rate": 20
}
Uw mobiele app kan een waarde uit de variabele ophalen door de sleutel aan te leveren. Voorbeeld:

public class MainActivity {

  // Voeg de ID van uw openbare container toe.
  private static final String CONTAINER_ID = "XXX-YYY";
  
  // Sleutels voor de containerconfiguratiewaarden, worden later gebruikt
  // voor het ophalen van waarden.
  private static final String MAX_FUEL_KEY = "max-fuel";
  private static final String INIT_FUEL_KEY = "init-fuel";
  private static final String FUEL_BURN_KEY = "fuel-burn-rate";

  // De rest van uw onCreate-code.
  }
}

/*
* Methode om gameconfiguratiewaarden bij te werken met een
* Google Tag Manager-container.
*/
public void updateConfigurationFromContainer(Container container) {

  // Zorg voor een verwijzing naar de container.
  Container container = mFutureContainer.get();

  // Game-instellingen updaten met de sleutels 
  // voor de containerconfiguratiewaarden.
  maxFuel = mContainer.getDoubleValue(MAX_FUEL_KEY);
  startingFuel = mContainer.getDoubleValue(INIT_FUEL_KEY);
  burnRate = mContainer.getDoubleValue(FUEL_BURN_KEY);
}

Aan een waardeverzamelingsvariabele zijn triggers gekoppeld. it. Voor configuratiewaarden die van toepassing zijn op alle instanties en versies van uw app, stelt u de inschakelingstrigger in op het vooraf gedefinieerde Altijd. Raadpleeg de ontwikkelaarsdocumentatie (Android of iOS) voor meer informatie over het gebruik van de waardeverzamelingsvariabele.

Was dit nuttig?

Hoe kunnen we dit verbeteren?
Zoeken
Zoekopdracht wissen
Zoekfunctie sluiten
Hoofdmenu
18198123239635307423
true
Zoeken in het Helpcentrum
true
true
true
true
true
102259
false
false