Of u nu een klein bedrijf met 1 website of een groot bedrijf met veel merken en producten bent, u heeft waarschijnlijk interesse in de gegevens waartoe u en anderen in uw property toegang hebben.
Subproperty's, rapportfilters, gegevensfilters en gebruikersrollen bieden verschillende manieren om de informatie die u verzamelt op uw websites en in uw apps, te beheren en weer te geven in rapporten.
Verschil in één oogopslag
In deze tabel worden de functies van Google Analytics vergeleken:
Subproperty's | Gebruikersrollen | Rapportfilters | Gegevensfilters | |
---|---|---|---|---|
Primaire use case | Algemeen beheer (governance) | Toegang tot gegevens beperken via rechten | Ad hoc rapporten aanpassen | Opschoning van gegevens |
Toegangsbeheer | Toegangsbeheer op propertyniveau | Toegangsbeheer op account- en propertyniveau | Toegangsbeheer op rapportniveau | Toegangsbeheer op propertyniveau |
Beschikbaarheid | Alleen voor Analytics 360-property's | Beschikbaar voor alle property's | Beschikbaar voor alle property's | Beschikbaar voor alle property's |
Met terugwerkende kracht | Nee | Ja | Ja | Nee |
Permanente wijzigingen doorvoeren in gegevens | Ja | Nee | Nee | Ja |
Gedetailleerde verschillen
In de volgende gedeelten staat een meer gedetailleerde vergelijking van de bovenstaande functies:
1. Algemeen beheer
De primaire use case voor subproperty's is algemeen beheer (governance), dat wil zeggen: bepalen welke gebruikers toegang hebben tot een subset van een bronproperty.
Subproperty's zijn handig als u de toegang tot gevoelige of vertrouwelijke gegevens wilt beperken of als u de toegang tot verschillende subsets van gegevens wilt beheren. U kunt bijvoorbeeld de toegang beperken per afdeling, project of gebruikersgroep.
Gebruik algemeen beheer als bepaalde groepen gebruikers geen toegang mogen hebben tot een subset van de gegevens in een property. In gevallen waar dit beheer niet nodig is, gebruikt u in plaats daarvan functies zoals rapporten, verkenningen en andere functies (zie hieronder).
2. Toegangsbeperking
In Google Analytics kunt u rollen met verschillende sets van rechten toewijzen op account- en propertyniveau. Als u rollen toewijst, kunt u beperken wat gebruikers met toegang tot een property in de property kunnen doen en of gebruikers kosten- en opbrengstgegevens kunnen bekijken. Voor deze use case kunt u ook subproperty's gebruiken maar daar zijn wel kosten aan verbonden.
3. Ad hoc rapporten aanpassen
U kunt rapportcollecties aanpassen en filters toepassen om meer aangepaste functionaliteit te bieden aan de mensen die uw Google Analytics-property gebruiken. U kunt daar bijvoorbeeld gebruik van maken om efficiënter te werken en u tegelijkertijd op specifieke datasets te richten.
Stel dat een van uw teams e-commerce-aankopen van mobiele gebruikers wil bekijken, terwijl een ander team e-commerceaankopen van webgebruikers wil bekijken. U kunt het linkernavigatievenster aanpassen met 2 rapporten: het 1e rapport kan alleen webgegevens bevatten en het 2e rapport kan alleen mobiele data bevatten.
Filters zijn niet bedoeld voor algemeen beheer en kunnen tijdelijk door gebruikers worden verwijderd. Gegevensfilters zijn bedoeld voor gemak en tijdelijk gebruik, niet voor algemeen beheer.
4. Opschoning van gegevens
Met gegevensfilters kunt u voorkomen dat inkomende gegevens die u classificeert als intern verkeer of ontwikkelaarsverkeer, worden verwerkt door Google Analytics en in rapporten terechtkomen. Op die manier raken uw gegevens niet vertekend en/of kan er geen verkeerde voorstelling van uw gegevens worden gegeven door uw medewerkers en/of via ongewenste verwijzingen.
Nadat een gegevensfilter is toegepast, zijn de effecten definitief en kunnen ze niet ongedaan worden gemaakt. Als u bijvoorbeeld een filter voor uitsluiten toepast, worden de uitgesloten gegevens nooit verwerkt en zijn ze niet beschikbaar in Google Analytics.
Voorbeelden van use cases
Denk bijvoorbeeld aan deze use cases:
- Rapportfilters gebruiken en aanpassingen maken om gegevens per regio of apparaat te bekijken.
- Subproperty's gebruiken als u de toegang tot bepaalde teams om beveiligingsredenen wilt beperken.
- Meer beperkende gebruikersrollen toewijzen om de toegang tot kosten- en opbrengstgegevens te beperken.
- Gegevensfilters gebruiken om te voorkomen dat intern verkeer wordt verwerkt.