Een gebruiker voert soms een actie uit die niet tot de automatisch verzamelde of aanbevolen gebeurtenissen behoort, maar die u wel wilt analyseren in uw rapporten. In deze gevallen kan het zinvol zijn om een aangepaste gebeurtenis te implementeren.
Een aangepaste gebeurtenis is een gebeurtenis die u definieert, zodat u informatie kunt verzamelen over hoe gebruikers interactie hebben met uw website of app die specifiek is voor uw bedrijf en wat u wilt analyseren.
Als Google Analytics bijvoorbeeld bijhoudt wanneer een gebruiker een pagina bekijkt, wilt u misschien weten wanneer een gebruiker een donatie doet, interactie heeft met een nieuwe functie, op een bevestigingspagina terechtkomt of de naam van een bestand wijzigt. In deze gevallen wilt u waarschijnlijk een aangepaste gebeurtenis implementeren.
Bekijk een video over aangepaste gebeurtenissen
Voordat u een aangepaste gebeurtenis maakt
Voordat u een aangepaste gebeurtenis maakt, moet u zorgen dat de gebeurtenis die u wilt maken, nog niet wordt verzameld via een automatisch verzamelde gebeurtenis of wordt aanbevolen als aanbevolen gebeurtenis. Het is altijd beter om een bestaande gebeurtenis te gebruiken, omdat deze gebeurtenissen automatisch dimensies en statistieken invullen die in uw rapporten worden gebruikt.
Een aangepaste gebeurtenis implementeren
Afhankelijk van de manier waarop u uw website of app meet, kunt u een aangepaste gebeurtenis op verschillende manieren implementeren. Bijvoorbeeld:
- gtag.js (voor websites)
- Tag Manager (voor websites)
- Google Analytics voor Firebase (voor mobiele apps)
De details van specifieke implementaties verschillen afhankelijk van hoe u uw website- of app-meting heeft ingesteld. Ga naar de ontwikkelaarsdocumentatie (hierboven gelinkt) voor meer informatie over hoe u een aangepaste gebeurtenis implementeert.
De structuur van een aangepaste gebeurtenis
Een aangepaste gebeurtenis bestaat uit de volgende onderdelen:
- De naam van de aangepaste gebeurtenis
- De aangepaste gebeurtenisparameters die zijn gekoppeld aan de aangepaste gebeurtenis
Naam gebeurtenis
De naam van een aangepaste gebeurtenis is de naam die u voor de gebeurtenis kiest. De naam moet beschrijven wat u met de gebeurtenis wilt meten. Als u bijvoorbeeld donaties meet, kan de naam 'doneren' zijn.
Zorg voordat u een aangepaste gebeurtenis een naam geeft dat de naam voldoet aan de naamgevingsregels voor gebeurtenissen (de naam is bijvoorbeeld hoofdlettergevoelig, mag geen gereserveerde naam zijn en begint met een letter) en de naamgevingslimieten voor gebeurtenissen (de naam moet bijvoorbeeld minder dan 40 tekens lang zijn) zodat Google Analytics de gebeurtenis verzamelt en verwerkt.
Als iemand de aangepaste gebeurtenis activeert op uw website of in uw app, wordt de gebeurtenisnaam gebruikt om te tellen hoe vaak een gebruiker de actie heeft uitgevoerd. Als iemand bijvoorbeeld een donatie doet, neemt het aantal donatiegebeurtenissen toe met 1. Aanvullende informatie over de donatie moet worden vastgelegd als aangepaste gebeurtenisparameters.
Gebeurtenisparameters
De gebeurtenisparameters van een aangepaste gebeurtenis bieden meer informatie over de actie die heeft plaatsgevonden. U kunt bijvoorbeeld meten of de actie is geslaagd, wanneer de gebeurtenis heeft plaatsgevonden of welke keuzes gebruikers hebben gemaakt tijdens de interactie.
Een parameter bestaat uit sleutel/waarde-paren. Elk paar heeft deze onderdelen:
- De parameternaam: deze beschrijft de informatie die u verzamelt
- De parameterwaarde: de waarde die is gekoppeld aan de parameter in die interactie
De parameternaam blijft hetzelfde voor verschillende sessies. De parameterwaarde wordt geüpdatet op basis van wat de gebruiker in de sessie doet. Als de ene gebruiker bijvoorbeeld een donatie van € 1,00 doet, is de 'waarde'-parameter '1,00' en als een andere gebruiker een donatie van € 2,00 doet, is de parameter 'waarde'-parameter '2,00'. Zo meet u consequent dezelfde informatie voor verschillende sessies.
Aangepaste dimensies en statistieken
Voor toegang tot de verschillende waarden die in uw rapporten aan een gebeurtenisparameter zijn toegewezen, maakt u een aangepaste dimensie of statistiek. Met een aangepaste dimensie of statistiek kunt u de informatie bekijken die u via een gebeurtenisparameter heeft verzameld. Als u bijvoorbeeld een gebeurtenisparameter 'waarde' instelt, kunt u een aangepaste statistiek 'Waarde' maken om elke waarde te bekijken die aan de gebeurtenisparameter is toegewezen. Meer informatie over aangepaste dimensies en aangepaste statistieken
Kardinaliteit en systeemlimieten
Houd als u een aangepaste gebeurtenisparameter instelt rekening met het aantal mogelijke waarden dat aan de parameter kan worden toegewezen.
Aan elke parameter kan een aantal waarden worden toegewezen. Een aangepaste gebeurtenisparameter voor mobiel kan bijvoorbeeld 2 potentiële waarden hebben: 'true' of 'false'. Aan andere parameters kunnen allerlei andere waarden worden toegewezen, zoals 'page_location', die een andere waarde kan hebben voor elke URL op uw website.
Als u een aangepaste dimensie maakt om categorische informatie te bekijken, zoals page_location, is het aantal mogelijke waarden belangrijk. Dimensies met meer dan 500 mogelijke waarden worden beschouwd als dimensies met hoge kardinaliteit. Rapporten en verkenningen met dimensies met hoge kardinaliteit kunnen worden beïnvloed door systeemlimieten van Google Analytics. Dit kan ertoe leiden dat waarden worden samengevoegd in een rij (overig) of dat gegevensbemonstering wordt geactiveerd.
Controleer ook het aantal aangepaste dimensies en statistieken dat u kunt maken voordat u aangepaste gebeurtenisparameters maakt. Als u meer gebeurtenisparameters stuurt dan deze limieten, moet u kiezen welke van deze gebeurtenisparameters u als aangepaste dimensies en statistieken wilt gebruiken.
Limieten voor het verzamelen van gebeurtenissen
Er geldt geen limiet voor het aantal aangepaste gebeurtenissen dat u kunt maken voor een webgegevensstream (een website). Per mobiele-app-gebruiker kunt u maximaal 500 afzonderlijke gebeurtenissen per dag verzamelen. U kunt bijvoorbeeld 700 afzonderlijke gebeurtenissen zien als u 2 verschillende gebruikers in verschillende app-instanties heeft die elk verschillende gebeurtenissen activeren.
De automatisch verzamelde en verbeterde metingsgebeurtenissen tellen niet mee voor deze limieten.
Neem de andere limieten voor het verzamelen van gebeurtenissen door voordat u uw eigen gebeurtenissen maakt.
Conversies
Elke aangepaste gebeurtenis kan worden gemarkeerd als een conversie. Als donaties bijvoorbeeld belangrijk zijn voor het succes van uw bedrijf, kunt u de aangepaste gebeurtenis 'doneren' markeren als een conversie.
Soms wordt de actie die u wilt meten, gedeeltelijk vastgelegd in een bestaande gebeurtenis, maar wilt u de omvang van de gebeurtenis beperken om een actie te meten die belangrijk is voor uw bedrijf. Analytics meet paginaweergaven bijvoorbeeld al automatisch, maar misschien wilt u een afzonderlijke aangepaste gebeurtenis voor wanneer iemand een bevestigingspagina bekijkt.
In plaats van in deze gevallen een aangepaste gebeurtenis te maken, kunt u een kopie van de gebeurtenis maken of de gebeurtenis rechtstreeks aanpassen vanuit Google Analytics. Markeer de gebeurtenis daarna als een conversie. Zo kunt u snel gebeurtenissen maken zonder uw websitecode te hoeven updaten.
Geef deze wijzigingen wel door aan de persoon die wijzigingen in de websitecode aanbrengt, als u niet zelf diegene bent. Anders wordt de interactie misschien te vaak geteld als deze persoon ook een aangepaste gebeurtenis voor die interactie maakt.
De gebeurtenissen in uw rapporten bekijken
Nadat u een aangepaste gebeurtenis heeft geïmplementeerd en Google Analytics de gebeurtenis heeft verzameld, kunt u in het rapport Gebeurtenissen in het gedeelte Rapporten bekijken hoe vaak de gebeurtenis is verzameld, naast andere gegevens over de gebeurtenis in de opgegeven periode.
U kunt ook een gebeurtenisnaam selecteren om een gedetailleerder rapport over die gebeurtenis te openen, met onder andere informatie over de parameters, demografische gegevens over de gebruikers die de gebeurtenis hebben geactiveerd en hoeveel gebruikers elke gebeurtenis (en de bijbehorende parameters) in realtime hebben geactiveerd.