Melding

Dit artikel gaat over Looker Studio. Ga voor documentatie over Looker naar https://cloud.google.com/looker/docs/intro.

Informatie over Google Maps

Visualiseer uw gegevens in Google Maps.

Als u Google Maps aan uw rapporten toevoegt, kunnen uw kijkers geografische gegevens ontdekken in een bekende interactieve omgeving. U kunt Google Maps-kaarten in Looker Studio in hoge mate aanpassen en integreren met elke gegevensbron die geldige geografische velden bevat.

In dit artikel:

Uw gegevens tonen op Google Maps

  1. Bewerk uw rapport.
  2. Navigeer naar de pagina waar het diagram komt.
  3. Klik in de taakbalk op Een diagramicoon toevoegen. Een diagram toevoegen.
  4. Selecteer een van de vooraf ingestelde kaarttypen van Google Maps:
    1. Op ballonkaarten worden uw gegevens getoond in de vorm van gekleurde cirkels.
    2. Op gevulde kaarten worden uw gegevens getoond als gekleurde vlakken.
    3. In heatmaps worden uw gegevens getoond met een kleurovergang.
    4. Op lijnkaarten worden uw gegevens getoond als lijnen of paden over een geografisch gebied.
    5. Op verbindingskaarten worden uw gegevens getoond als puntenparen die via een lijn of boog met elkaar zijn verbonden.
    6. Op combokaarten worden uw gegevens getoond als een combinatie van een gevulde kaart en een ballonkaart.
  5. Klik op het canvas om het diagram toe te voegen aan het rapport.
  6. Gebruik het deelvenster Eigenschappen rechts om het veld Locatie of Georuimtelijk toe te voegen of te wijzigen, zodat de gewenste locaties op de kaart worden getoond.
  7. In de volgende gedeelten vindt u informatie over hoe u de rest van de kaart instelt.

Wat u nodig heeft om Google Maps in Looker Studio te gebruiken

Als u Google Maps-kaarten aan Looker Studio wilt toevoegen, heeft u een gegevensbron met een of meer geografische dimensies nodig. Gegevensbronnen die zijn gebaseerd op Google Analytics en Google Ads bevatten automatisch velden die u kunt gebruiken, zoals Land, Plaats, Regio, Grootstedelijk gebied, Winkellocatie enzovoort.

Voor andere typen gegevensbronnen, zoals Google Spreadsheets en BigQuery, zorgt u dat geografische velden het juiste gegevenstype hebben:

  1. Bewerk de gegevensbron.
  2. Zoek de geografische dimensie(s) die u in Google Maps-kaarten wilt gebruiken.
  3. Gebruik het menu Type om het juiste geografische veldtype te selecteren (bijvoorbeeld Land, Plaats, Regio).

Meer informatie over geografische dimensies

Google Maps instellen

Een ballonkaart instellen

Voorbeeld

Dit is een ballonkaart met aankomsten van vluchten in Californië. Het aantal vluchten wordt aangegeven door de grootte van de ballon. De gemiddelde vertragingen worden aangegeven door de kleur van de ballon.

Een ballonkaart met aankomsten van vluchten in Californië, waarbij het aantal vluchten wordt aangegeven door de ballongrootte en de gemiddelde vertragingen door de ballonkleur.

Gegevenseigenschappen

Locatie

Een dimensie die bepaalt waar de gegevens op de kaart komen te staan. Dat veld kan van elk type gegevens zijn, zolang Google Maps de waarden op de juiste manier kan geocoderen.

Tooltip

(Optioneel) Een dimensie die tooltips (labels) voor de gegevens biedt. Als u een tooltip aanlevert, wordt het standaardlabel van de locatiedimensie overschreven. U kunt bijvoorbeeld de kaartlocatie baseren op het winkeladres, maar de winkelnaam gebruiken in de tooltip.

De dimensies Tooltip en Kleur moeten een unieke waarde hebben voor elke locatie. Als de waarden dubbel voorkomen, krijgt u een foutmelding:

Kan Google Maps niet weergeven

De dimensie Tooltip heeft meerdere waarden voor dezelfde locatie. Kies een Tooltip-dimensie die een unieke waarde heeft voor elke locatie.

U kunt dat oplossen door een dimensie te gebruiken die een 1-op-1-relatie heeft met de dimensie Locatie.

Kleurdimensie

(Optioneel) Een dimensie die de categorieën levert die worden gebruikt voor de kleur van de geografische gegevens. Als u deze optie kiest, kunt u de optie voor kleurstatistiek niet gebruiken.

Zo wordt voor de kaart hieronder Land als locatiedimensie gebruikt, maar Subcontinent bepaalt de kleur van de ballonnen. Elk land wordt aangegeven door een kleur die staat voor het subcontinent waar het land zich bevindt.

Voorbeeld van ballonkaart

Gebruik een kleurdimensie die een 1-op-1-relatie heeft met de dimensie Locatie. U kunt ook kleuren toepassen op basis van een statistiek. Als u dat doet, kunt u geen kleurdimensie instellen.
Het voorgaande voorbeeld werkt omdat een land zich maar op één subcontinent kan bevinden.

Kleurstatistiek

(Optioneel) Een statistiek die de waarden levert voor gebruik als kleurenschaal voor de geografische gegevens. Als u deze optie kiest, kunt u de optie voor kleurdimensies niet gebruiken.

Grootte

Gebruik de grootte van de ballonnen om relatieve statistische waarden uit te drukken.

Stijleigenschappen

Ballonlaag

Max. aantal ballonnen

Hiermee stelt u het maximumaantal ballonnen in dat op de kaart wordt getoond.

Bedieningselement voor schuifregelaar

Hiermee stelt u de relatieve grootte van de ballonnen in.

Ondoorzichtigheid

Hiermee stelt u de ondoorzichtigheid van de ballonnen in.

Randdikte

Hiermee stelt u in hoe dik de randen van de ballonnen zijn.

Een kaart met gevulde gebieden instellen

Voorbeeld

Dit is een kaart met gevulde gebieden die de gemiddelde huizenprijzen per Amerikaanse postcode in de San Francisco Bay Area aangeeft.

Gevulde kaart met Amerikaanse postcodes in de San Francisco Bay Area

Gegevenseigenschappen

Locatie

Een dimensie die bepaalt waar de gegevens op de kaart komen te staan. Dat veld kan van elk type gegevens zijn, zolang Google Maps de waarden op de juiste manier kan geocoderen.

Georuimtelijk veld

Een dimensie die de polygonen definieert die op een gevulde kaart worden getoond. Deze optie is alleen beschikbaar als u verbinding maakt met een BigQuery-gegevensbron die GEOGRAPHY-gegevens bevat. Als u een georuimtelijk veld gebruikt, biedt het veld Locatie alleen informatie voor de kaart die wordt getoond als u de cursor op een gegevenspunt op de kaart plaatst.

Klik hier voor een tutorial.

Tooltip

(Optioneel) Een dimensie die tooltips (labels) voor de gegevens biedt. Als u een tooltip aanlevert, wordt het standaardlabel van de locatiedimensie overschreven. U kunt bijvoorbeeld de kaartlocatie baseren op het winkeladres, maar de winkelnaam gebruiken in de tooltip.

De dimensies Tooltip en Kleur moeten een unieke waarde hebben voor elke locatie. Als de waarden dubbel voorkomen, krijgt u een foutmelding:

Kan Google Maps niet weergeven

De dimensie Tooltip heeft meerdere waarden voor dezelfde locatie. Kies een Tooltip-dimensie die een unieke waarde heeft voor elke locatie.

U kunt dat oplossen door een dimensie te gebruiken die een 1-op-1-relatie heeft met de dimensie Locatie.

Kleurdimensie

(Optioneel) Een dimensie die de categorieën levert die worden gebruikt voor de kleur van de geografische gegevens. Als u deze optie kiest, kunt u de optie voor kleurstatistiek niet gebruiken.

Gebruik een kleurdimensie die een 1-op-1-relatie heeft met de dimensie Locatie. U kunt ook kleuren toepassen op basis van een statistiek. Als u dat doet, kunt u geen kleurdimensie instellen.

Kleurstatistiek

(Optioneel) Een statistiek die de waarden levert voor gebruik als kleurenschaal voor de geografische gegevens. Als u deze optie kiest, kunt u de optie voor kleurdimensies niet gebruiken.

Stijleigenschappen

Laag van gevuld gebied

Max. aantal hoekpunten in polygoon Hiermee stelt u het maximale aantal plotbare gegevenspunten in. Alleen beschikbaar voor BigQuery-gegevensbronnen.

Ondoorzichtigheid

Hiermee stelt u de ondoorzichtigheid van de gevulde gebieden in.

Randkleur

Hiermee stelt u de kleur van de randen van het gevulde gebied in.

Randdikte

Hiermee stelt u in hoe dik de randen van het gevulde gebied zijn.

Een heatmap instellen

Voorbeeld

Dit is een heatmap met statistieken voor deelfietsen in Londen, VK

Een heatmap met deelfietsgegevens uit Londen.

Gegevenseigenschappen

Locatie

Een dimensie die bepaalt waar de gegevens op de kaart komen te staan. Dat veld kan van elk type gegevens zijn, zolang Google Maps de waarden op de juiste manier kan geocoderen.

Gewicht (optioneel)

Een statistiek die bepaalt hoeveel elk afzonderlijk punt bijdraagt aan de weergave van uw heatmap. Standaard heeft elk punt dezelfde waarde. Voer een veld met gewichten in als u verschillende waarden aan de punten wilt toewijzen.

Stijleigenschappen

Heatmap-laag

Een heatmap verzamelt punten om de visualisatie te maken. Als u de kaart wilt maken, wordt er een cirkel rond elk punt getekend en nemen de waarden in de cirkel toe naarmate de afstand vanaf het punt toeneemt. Deze instellingen bepalen het uiterlijk van de cirkels.

Heatmap-aggregatie

Als meerdere kringen elkaar overlappen, worden de waarden op 2 manieren verzameld:

  • Som. De waarden in de overlappende delen van de cirkels worden bij elkaar opgeteld.
  • Gemiddelde. De waarden in de overlappende delen van de cirkels zijn een gewogen gemiddelde van de dichtstbijzijnde punten.
Bedieningselement voor schuifregelaar

Hiermee stelt u de relatieve grootte van de cirkels in.

Ondoorzichtigheid

Hiermee stelt u de ondoorzichtigheid van de cirkels in.

Kleurdomein min/max

Stelt minimum- en maximumwaarden in voor het kleurbereik.

Intensiteit

Past het bereik van kleuren op de heatmap aan naar de boven- of minimumgrens.

Tip: Heatmaps in Looker Studio zijn gebaseerd op de visualisatiebibliotheek van deck.gl. Meer informatie over deze instellingen vindt u in de documentatie over de heatmap-laag.

Een lijnkaart instellen

Voorbeeld

Hier is een lijnkaart met wegen in de staat New York. De kaart is gefilterd op routetype om wegen alleen met de status I (interstate) te tonen.

Een Google-kaart met snelwegen in de staat New York. Op de plek van de cursor verschijnt een tooltip waarmee de geselecteerde route wordt aangeduid als 'I-90' en 'route_type' wordt getoond als 'I'.

Dit voorbeeld is gemaakt met de openbare dataset van BigQuery US Roads.

Gegevenseigenschappen

Locatie

Een dimensie die bepaalt waar de gegevens op de kaart komen te staan. Dat veld kan van elk type gegevens zijn, zolang Google Maps de waarden op de juiste manier kan geocoderen.

Georuimtelijk veld

Een dimensie die BigQuery-LineString-gegevens bevat. Deze optie is alleen beschikbaar als u verbinding maakt met een BigQuery-gegevensbron die GEOGRAPHY-gegevens bevat. Als u een georuimtelijk veld gebruikt, biedt het veld Locatie alleen de standaard tooltip, tenzij u deze overschrijft met een andere Tooltip-dimensie.

In het vorige voorbeeld van een lijnkaart werd road_geom als het veld Georuimtelijk gebruikt.

Tooltip

(Optioneel) Een dimensie die tooltips (labels) voor de gegevens biedt. Als u een tooltip aanlevert, wordt het standaardlabel van de locatiedimensie overschreven. U kunt bijvoorbeeld de kaartlocatie baseren op het winkeladres, maar de winkelnaam gebruiken in de tooltip.

De dimensies Tooltip en Kleur moeten een unieke waarde hebben voor elke locatie. Als de waarden dubbel voorkomen, krijgt u een foutmelding:

Kan Google Maps niet weergeven

De dimensie Tooltip heeft meerdere waarden voor dezelfde locatie. Kies een Tooltip-dimensie die een unieke waarde heeft voor elke locatie.

U kunt dat oplossen door een dimensie te gebruiken die een 1-op-1-relatie heeft met de dimensie Locatie.

In het vorige voorbeeld van een lijnkaart werd full_name als het veld Tooltip gebruikt.

Kleurdimensie

(Optioneel) Een dimensie die de categorieën levert die worden gebruikt voor de kleur van de geografische gegevens. Als u deze optie kiest, kunt u de optie voor kleurstatistiek niet gebruiken.

In het vorige voorbeeld van een lijnkaart werd route_type als het veld Kleurdimensie gebruikt.

Statistiek Dikte

(Optioneel) Een statistiek die de relatieve dikte van de lijnen op de kaart bepaalt. U kunt de dikte van de lijnen aanpassen met behulp van de schuifregelaar Stijl > Laag voor lijnkaart > Dikte.

Kleurstatistiek

(Optioneel) Een statistiek die de waarden levert voor gebruik als kleurenschaal voor de geografische gegevens. Als u deze optie kiest, kunt u de optie voor kleurdimensies niet gebruiken.

Stijleigenschappen

Laag voor lijnkaart

Max. aantal hoekpunten in lijn Hiermee stelt u het maximale aantal plotbare gegevenspunten in. Alleen beschikbaar voor BigQuery-gegevensbronnen.

Ondoorzichtigheid

Hiermee stelt u de ondoorzichtigheid van de lijnen in.

Schuifregelaar voor dikte

Hiermee stelt u de dikte van de lijnen in.

Een verbindingskaart instellen

Met de verbindingskaart kunt u uw locatiegegevens visualiseren als reeksen van punten die via een lijn zijn verbonden.

Deze visualisatie ondersteunt ook vectorafbeeldingen en driedimensionale weergave. Als de stijl Tonen in 3D-weergave aanstaat en de kaart gekanteld is, wordt de lijn die uw gegevenspunten verbindt als een boog getoond. Als de stijl Tonen in 3D-weergave uitstaat en de kaart gekanteld is, of als de kaart niet gekanteld is, wordt de lijn die uw gegevenspunten verbindt als een lijn getoond. Het kan met name handig zijn om uw gegevensverbindingen in 3 dimensies te visualiseren als uw gegevenspuntverbindingen elkaar overlappen als ze in 2 dimensies worden bekeken.

Voorbeeld

Dit is een verbindingskaart die vluchten tussen Amerikaanse steden voorstelt. De tweedimensionale visualisatie lijkt de overlappende verbindingen tussen steden in Georgia en Florida in het zuidoosten te verbergen. Als u de kaart kantelt, worden beide verbindingen zichtbaar.

Connection map depicting flights between U.S. cities being rotated and tilted.

Gegevenseigenschappen

Locatievelden

Deze dimensies bepalen de locaties en de verbindingsreeks voor de gegevenspunten die op de kaart worden getoond. Deze velden kunnen van elk gegevenstype zijn, zolang Google Maps de waarden op de juiste manier kan geocoderen. Het gegevenstype van elke dimensie moet hetzelfde zijn. Het enige verschil is dat u locatiewaarden zoals Plaats of Land kunt koppelen aan coördinaten voor de lengte- en breedtegraad. U kunt bijvoorbeeld Plaats verbinden met latitude-longitude of Land met latitude-longitude, maar u kunt Plaats niet verbinden met Land. Als de locatietypen niet geschikt zijn, ziet u een foutmelding:

Kan Google Maps niet tonen
 
Ongeldige combinatie van statistieken en dimensies
 
Selecteer dimensies met dezelfde geografische/administratieve afdelingen om te koppelen.

Als u een gegevenspunt wilt toevoegen, voert u een dimensie in voor Punt 1. Als u extra punten wilt koppelen, klikt u op Dimensie toevoegen en selecteert u een andere dimensie. Als alleen punt 1 is opgegeven, verbindt de kaart alle waarden voor die dimensie. U kunt maximaal 10 dimensies koppelen. Op de verbindingskaart wordt de lijn tussen elk punt opeenvolgend getoond.

Stel dat uw Amerikaanse vluchtgegevens gegevenspunten hebben voor tussenstops die zijn gemaakt voordat de vlucht op de eindbestemming aankwam. Punt 1 is de plaats van vertrek, Punt 2 is een tussenstop en Punt 3 is de plaats van bestemming. De verbindingskaart verbindt Punt 1 met Punt 2 en Punt 2 met Punt 3 om één doorlopende lijn te maken.

Tooltip

(Optioneel) Een dimensie die tooltips (labels) voor de gegevens biedt. Als u een tooltip aanlevert, wordt het standaardlabel van de locatiedimensie overschreven. U kunt bijvoorbeeld de kaartlocatie baseren op het winkeladres, maar de winkelnaam gebruiken in de tooltip.

De dimensies Tooltip en Kleur moeten een unieke waarde hebben voor elke locatie. Als de waarden dubbel voorkomen, krijgt u een foutmelding:

Kan Google Maps niet weergeven

De dimensie Tooltip heeft meerdere waarden voor dezelfde locatie. Kies een Tooltip-dimensie die een unieke waarde heeft voor elke locatie.

U kunt dat oplossen door een dimensie te gebruiken die een 1-op-1-relatie heeft met de dimensie Locatie.

 

Kleurdimensie

(Optioneel) Een dimensie die de categorieën levert die worden gebruikt voor de kleur van de geografische gegevens. Als u deze optie kiest, kunt u de optie voor kleurstatistiek niet gebruiken.

Dikte

(Optioneel) Een statistiek die de relatieve dikte van de lijnen op de kaart bepaalt. U kunt de dikte van de lijnen aanpassen met behulp van de schuifregelaar Stijl > Verbindingskaartlaag .

Kleurstatistiek

(Optioneel) Een statistiek die de waarden levert voor gebruik als kleurenschaal voor de geografische gegevens. Als u deze optie kiest, kunt u de optie voor kleurdimensies niet gebruiken.

Stijleigenschappen

Verbindingskaartlaag

Schuifregelaar voor dikte

Hiermee stelt u de dikte van de lijnen in.

Nauwkeurigheid van pad (geodetisch)

Geodetische paden vertegenwoordigen de kortste afstand tussen 2 punten op een bol. Met deze instelling kunt u driedimensionale relaties visualiseren op een tweedimensionaal oppervlak. Als deze instelling aanstaat, wordt de verbinding tussen 2 punten als een gebogen lijn getoond als u de kaart in 2 dimensies bekijkt.

Als deze instelling uitstaat, wordt de verbinding tussen 2 punten als een rechte lijn getoond als u de kaart in 2 dimensies bekijkt.

 

Een combinatiekaart instellen

Met de combinatiekaart kunt u de eigenschappen van een gevulde kaart en een ballonkaart combineren. Als u de gevulde kaart definieert met een dimensie en de ballonkaart met een statistiek, worden de 2 kaarttypen gelaagd in 1 diagram geplaatst.

Voorbeeld

Dit is een combokaart met landen, waarbij de mediane leeftijd wordt getoond als een bovenliggende ballonlaag. De mediane leeftijd wordt aangegeven door de grootte van de ballonnen, waarbij grotere ballonnen overeenkomen met hogere leeftijden.

A filled map of African countries with bubbles indicating median population age. The mouse is hovering over Egypt, displaying a tooltip with the filled map layer and additional map layer fields.

De stijleigenschap Tonen in 3D-weergave is beschikbaar in de stijleigenschap Achtergrondlaag  voor combinatiekaarten. Als deze eigenschap aanstaat, kunt u het perspectief van de kaart handmatig kantelen om het relatieve verschil in de grootte van de ballonhoogten te benadrukken. Dit is een voorbeeld van dezelfde kaart waarvoor de stijleigenschap Tonen in 3D-weergave aanstaat:

A filled map of African countries with cylinders indicating median population age. The map perspective is tilted such that the bubble height indicates the relative scale of the ages.

Gegevenseigenschappen

Locatie

Een dimensie die bepaalt waar de gegevens op de kaart komen te staan. Dat veld kan van elk type gegevens zijn, zolang Google Maps de waarden op de juiste manier kan geocoderen.

Statistiek voor extra laag

Een statistiek die de bovenliggende laag op de kaart bepaalt.

Als de stijleigenschap Tonen in 3D-weergave uitstaat, wordt deze laag getoond als een standaard ballonkaart, waarbij de ballondiameter de schaal van de statistiek aangeeft. Als de stijleigenschap Tonen in 3D-weergave aanstaat, wordt deze laag getoond als kolommen met gelijke diameters en hoogten die de schaal van de statistiek aangeven.

Tooltip

(Optioneel) Een dimensie die tooltips (labels) voor de gegevens biedt. Als u een tooltip aanlevert, wordt het standaardlabel van de locatiedimensie overschreven. U kunt bijvoorbeeld de kaartlocatie baseren op het winkeladres, maar de winkelnaam gebruiken in de tooltip.

De dimensies Tooltip en Kleur moeten een unieke waarde hebben voor elke locatie. Als de waarden dubbel voorkomen, krijgt u een foutmelding:

Kan Google Maps niet weergeven

De dimensie Tooltip heeft meerdere waarden voor dezelfde locatie. Kies een Tooltip-dimensie die een unieke waarde heeft voor elke locatie.

U kunt dat oplossen door een dimensie te gebruiken die een 1-op-1-relatie heeft met de dimensie Locatie.

Kleurdimensie

(Optioneel) Een dimensie die de categorieën levert die worden gebruikt voor de kleur van de geografische gegevens. Als u deze optie kiest, is de optie Kleurstatistiek niet beschikbaar en kunt u geen kleur opgeven voor de stijleigenschap Extra laag.

De optie Kleurdimensie vereist unieke waarden voor elke locatiewaarde. Als de waarden voor Kleurdimensie dubbel voorkomen, krijgt u een foutmelding:

Kan Google Maps niet tonen

De kleurdimensie heeft meerdere waarden voor dezelfde locatie. Kies een kleurdimensie die een unieke waarde heeft voor elke locatie.

U kunt dit oplossen door een dimensie te gebruiken die een 1-op-1-relatie heeft met de dimensie Locatie.

Kleurstatistiek

(Optioneel) Een statistiek die de waarden levert voor gebruik als kleurenschaal voor de geografische gegevens.

Stijleigenschappen

Extra laag

Hiermee stelt u het uiterlijk van de statistiek Aanvullende laag in.

Schuifregelaar voor cilinder Hiermee stelt u de relatieve hoogten van de ballonnen in, die zichtbaar zijn als de kaart wordt gekanteld en de eigenschap Tonen in 3D-weergave aanstaat.
Cirkelschuifregelaar Hiermee stelt u de relatieve grootte van de ballonnen in.

Ondoorzichtigheid

Hiermee stelt u de ondoorzichtigheid van de ballonnen in.

Kleur van extra laag

Hiermee stelt u de kleur van de ballonnen in. Deze instelling is niet beschikbaar als u een instellingseigenschap voor Kleurdimensie heeft gedefinieerd.

Laag van gevuld gebied

Hiermee stelt u het uiterlijk van de dimensie Locatie in.

Ondoorzichtigheid

Hiermee stelt u de ondoorzichtigheid van de gevulde gebieden in.
Randkleur Hiermee stelt u de kleur van de randen van het gevulde gebied in.

Randdikte

Hiermee stelt u in hoe dik de randen van het gevulde gebied zijn.

Algemene stijleigenschappen

Alle Google Maps-kaarttypen gebruiken deze instellingen.

Achtergrondlaag

Hiermee bepaalt u het uiterlijk van de basiskaart.

Vectorafbeeldingen gebruiken

Hiermee zet u kantelen en geoptimaliseerde afbeeldingen aan. Vectorafbeeldingen gebruiken staat standaard aan voor combinatiekaarten en verbindingskaarten.

Tonen in 3D-weergave

Hiermee kunt u de kaart slepen en in 3 dimensies kantelen. Tonen in 3D-weergave is alleen beschikbaar voor combinatiekaarten en verbindingskaarten en staat standaard aan.

Type

Hiermee stelt u de standaard kaartachtergrond in: Kaart, Satelliet met labels, Satelliet. Het type Satelliet met labels is alleen beschikbaar als de instelling Vectorafbeeldingen gebruiken aanstaat.

Stijl

Hiermee stelt u het kleurenthema in voor de kaart. Gebruik het huidige thema van het rapport of selecteer een van de vooraf ingestelde kaartstijlen. Stijl is alleen beschikbaar als het type Kaart is geselecteerd. U kunt ook een aangepaste kaartstijl maken.

Wegen, Herkenningspunten, Labels

U kunt de schuifregelaars gebruiken om het detailniveau voor de achtergrond van de kaart te selecteren.

Laagtype

Hiermee bepaalt u hoe locaties op de kaart worden getoond. U kunt locaties tonen als:

  • Ballonnen
  • Gevulde gebieden
  • Lijnkaart
  • Verbindingskaart
  • Combokaart
  • Heatmap

Standaard kijkvenster

Hiermee stelt u de standaardlocatie in voor het kijkvenster (of inset) van de kaart.

Als u een standaardlocatie voor het kijkvenster wilt instellen, navigeert u naar de gewenste locatie en kiest u het gewenste zoomniveau in het kaartdiagram. Selecteer onder Standaard kijkvenster in de stijleigenschappen de optie Instellen als standaardweergave om de plaatsing van het kijkvenster van de kaart op te slaan.

Klik terwijl u de kaart verkent op het icoon Kijkvenster resetten  in het kaartdiagram om terug te keren naar de standaardweergave.

Als onder Standaard kijkvenster een thumbnail en inset voor de kaart staan, betekent dit dat er al een standaard kijkvenster is ingesteld voor deze kaart. Als u een nieuwe standaardweergave wilt instellen, navigeert u op de kaart naar de nieuwe gewenste locatie, kiest u de gewenste zoominstelling en klikt u op Instellen als standaardweergave.

De optie Standaard kijkvenster kunt u het best gebruiken als de optie Meedraaien en zoomen toestaan aanstaat voor de kaart.

Kleuren

Hiermee stelt u de kleur van de ballonnen of de gevulde gebieden in:

  • Als u de optie Kleurdimensie heeft gedefinieerd in de instellingseigenschappen, worden zowel de kleuren van het gevulde gebied als de kaartkleuren van de ballonlaag beheerd in de stijleigenschap Kleuren door Kleuren van dimensiewaarden beheren te selecteren.
  • Als u de optie Kleurstatistiek heeft gedefinieerd in de instellingseigenschappen, kunt u een kleurenschaal maken door kleurwaarden te kiezen voor het maximum, het midden, het minimum en voor als er geen gegevens zijn.

Kaartbedieningselementen

Hiermee kunt u de interactieve bedieningselementen voor de kaartweergave tonen of verbergen.

Kantelen en draaien toestaan

Hiermee kunt u de kaart slepen en in 3 dimensies kantelen. Kantelen en draaien toestaan is beschikbaar als de stijleigenschap Vectorafbeeldingen gebruiken voor Achtergrondlaag is aangezet. Dit bedieningselement is niet beschikbaar voor combinatiekaarten of verbindingskaarten.

Meedraaien en zoomen toestaan

Hiermee kunnen kijkers de kaartweergave aanpassen met hun muis en toetsenbord. Gebruikers kunnen de kaart nog steeds kantelen als Meedraaien en zoomen toestaan uitstaat en Kantelen en draaien toestaan aanstaat (of als Tonen in 3D-weergave aanstaat voor combinatiekaarten of verbindingskaarten).

Bedieningselement voor zoomen tonen Hiermee worden de knoppen met het plusteken Toevoeg-icoon. en het minteken Verwijder-icoon. op de kaart getoond om respectievelijk in en uit te zoomen.
Bedieningselement voor Street View tonen Hiermee kunnen gebruikers Street View-afbeeldingen tonen voor ondersteunde locaties.
Bedieningselement voor volledig scherm tonen Hiermee kunnen gebruikers de kaart op volledig scherm tonen.
Bedieningselement voor het kaarttype tonen Hiermee kunnen gebruikers wisselen tussen de kaartweergave en de satellietweergave.
Bedieningselement voor de schaal tonen Hiermee kunnen gebruikers aangeven of ze willen dat de schaal van de kaart in kilometers of in mijlen wordt getoond.

Legenda voor formaten, legenda voor kleuren en legenda voor gewicht

Met de legenda's, waarin de kleuren en ballonformaten worden verklaard, kunnen uw kijkers de kaart begrijpen.

Met een legenda voor formaten verklaart u de statistiek Formaat in ballonkaarten en de statistiek Dikte in verbindingskaarten. Met een legenda voor kleuren verklaart u de dimensie Kleur of de statistiek Kleur. Met een legenda voor gewicht verklaart u de statistiek Gewicht. Met een legenda voor dikte verklaart u de statistiek Dikte die in een lijnkaart wordt gebruikt. Met een legenda voor hoogten verklaart u de hoogte van de statistiek Extra laag die in een combinatiekaart wordt gebruikt.

Als uw kaart een dimensie Kleur heeft, worden in de kleurlegenda afzonderlijke kleuren gebruikt voor elke waarde. Als uw kaart een statistiek Kleur heeft, wordt in de kleurlegenda een kleurovergang gebruikt.

Voorbeelden:

Stadioncapaciteit van NCAA-teamconferenties

Voorbeeld van een ballonkaart waarop de statistiek venue_capacity (locatiecapaciteit) wordt weergegeven met het ballonformaat en de dimensie conf_name (naam van competitie) met de ballonkleur

Gemiddelde tijd op pagina per regio.

Voorbeeld van een kaart met gevulde gebieden waarop de statistiek 'Avg. Time on Page' (gem. tijd op pagina) wordt getoond met een kleurenschaal.

  1. Formaatlegenda op basis van de statistiek venue_capacity (locatiecapaciteit).
  2. Kleurlegenda op basis van de dimensie conf_name (naam van competitie). Klik op Pijl naar rechts op het toetsenbord voor aanvullende legenda's voor competities.
  3. Kleurlegenda op basis van de statistiek Gem. tijd op pagina.

Achtergrond en rand

Met deze opties bepaalt u het uiterlijk van de achtergrond van de diagramcontainer.

Achtergrond Hiermee stelt u de achtergrondkleur in van het diagram.
Straal voor rand Hiermee voegt u afgeronde hoeken toe aan de diagramachtergrond. Als de straal 0 is, heeft de achtergrondvorm hoeken van 90°. Een rand met een straal van 100° levert een cirkelvorm op.
Ondoorzichtigheid Hiermee stelt u de ondoorzichtigheid in van het diagram. Met 100% ondoorzichtigheid worden objecten helemaal verborgen achter het diagram. 0% ondoorzichtigheid maakt het diagram onzichtbaar.
Randkleur Hiermee stelt u de randkleur in van het diagram.
Randdikte Hiermee stelt u de lijndikte in voor de rand van het diagram.
Randstijl Hiermee stelt u de lijnstijl in voor de rand van het diagram.
Randschaduw toevoegen Hiermee voegt u een schaduw toe aan de onderste en rechterrand van het diagram.

Diagramkop

Met de diagramkop kunnen kijkers verschillende acties uitvoeren in het diagram, zoals de gegevens exporteren of het diagram sorteren. De volgende opties voor diagramkoppen zijn beschikbaar:

Tonen bij plaatsen cursor (standaard) Er verschijnen 3 verticale stippen als u de cursor op de diagramkop plaatst. Klik hierop om de koptekstopties te openen.
Altijd tonen De koptekstopties worden altijd getoond.
Niet tonen De koptekstopties worden nooit getoond. Houd er rekening mee dat rapportkijkers de opties altijd kunnen openen door met de rechtermuisknop op het diagram te klikken.
Kleur Stelt de kleur in van de opties voor de diagramkop.

Een aangepaste Google Maps-kaartstijl maken

Met een Google Maps-kaartstijl kunt u de zichtbaarheid en het uiterlijk van bepaalde kaartelementen aanpassen. U kunt op de volgende manieren een aangepaste Google Maps-stijl maken:

Een kaartstijl importeren via json

Deze optie is alleen beschikbaar als de instelling Achtergrondlaag voor vectorafbeeldingen gebruiken uitstaat.

Maak een json-bestand voor uw kaart met de stijlwizard voor Google Maps Platform:

  1. Selecteer Json bewerken in het dropdownmenu Stijl van het deelvenster Stijleigenschappen.
  2. Open de Stijlwizard van Google Maps Platform en selecteer de optie De verouderde json-stijlwizard gebruiken in de meldingspop-up.
  3. Pas de kenmerken en het thema van uw kaartstijl aan. Selecteer Afronden.
  4. Als u deze json-stijl wilt gebruiken, selecteert u Json kopiëren in het pop-upvenster Json-stijl gebruiken.
  5. Ga terug naar het dialoogvenster Kaartstijl importeren in Looker Studio en plak de gekopieerde json in het codeblok.
  6. Selecteer Importeren.

De nieuwe kaartstijl wordt toegepast op uw kaart. De stijl wordt in het dropdownmenu Stijl getoond als Aangepast.

Een kaart-ID maken en importeren

Deze optie is alleen beschikbaar als de instelling Achtergrondlaag voor vectorafbeeldingen gebruiken aanstaat.

Als u een kaart-ID wilt maken en importeren, maakt u eerst een kaartstijl en een kaart-ID in de Google Cloud-console:

  1. Selecteer Aangepaste kaart-ID bewerken in het dropdownmenu Stijl van het deelvenster Stijleigenschappen.
  2. Maak een nieuwe kaartstijl in de Google Cloud-console.
  3. Maak daarna een IP-adres voor een kaart-ID. Geef een JavaScript-kaart met een vectortoewijzingstype op. Kopieer de kaart-ID.
  4. Koppel de kaart-ID aan uw nieuwe kaartstijl.
  5. Ga terug naar het dialoogvenster Kaart-ID importeren in Looker Studio en plak de gekopieerde kaart-ID in het veld Plak de kaart-ID hier.
  6. Selecteer Importeren.

De nieuwe kaartstijl wordt toegepast op uw kaart. De naam verschijnt in het dropdownmenu Stijl met de naam die u heeft toegewezen in de Google Cloud-console.

Tips en limieten voor als u met BigQuery GEOGRAPHY-gegevens werkt

Voor elke Google Maps-stijl in Looker Studio kunnen maximaal 1 miljoen punten (hoekpunten in polygonen) worden geplot.

Als uw query meer gegevens retourneert, worden op de kaart zo veel mogelijk polygonen binnen de limiet getoond. Er kunnen polygonen ontbreken.

Volg deze stappen om het aantal punten te verminderen:

  • Pas een filter toe.
    • Filters in een GEOGRAPHY-veld kunnen maximaal 1 GB aan gegevens selecteren. Als uw filters meer retourneren, krijgt u een foutmelding.
  • Vereenvoudig de polygonen in BigQuery met de functie ST_SIMPLIFY.

Gemengde en geëxtraheerde gegevensbronnen bieden geen ondersteuning voor GEOGRAPHY-velden. Als u een tabel met uw GEOGRAPHY-veld wilt samenvoegen met een andere tabel, voert u de samenvoeging uit in BigQuery met SQL.

Geografische functies

Looker Studio biedt een aantal geografische functies waarmee u geografische informatie in uw gegevensbronnen kunt verwerken en transformeren.

Voor meer informatie over deze functies gaat u naar de lijst van Looker Studio-functies en filtert u de functies op het geografische type.

Beperkingen van Google Maps

  • Voor kaarten met gevulde gebieden worden de geografische veldtypen Breedtegraad, Lengtegraad en Adres niet ondersteund.
  • Voor ballonkaarten kan een postcode een Amerikaanse postcode (bijvoorbeeld 94043) of een internationale postcode (bijvoorbeeld L4L 9H8) zijn. Voor kaarten met gevulde gebieden kunnen alleen Amerikaanse postcodes worden gebruikt.
  • Voor verbindingskaarten zijn punten vereist met compatibele geografische veldtypen.
  • Maximale gegevenslimiet:
    • 1 miljoen ballonnen voor velden voor Breedtegraad en Lengtegraad.
    • 1 miljoen punten (hoekpunten in polygonen) voor georuimtelijke velden (BigQuery GEOGRAPHY).
    • 3500 ballonnen of gevulde gebieden voor andere geografische veldtypen.
      Als u de gegevenslimiet van een kaart verhoogt, wordt de kaart mogelijk langzamer geladen.
  • U kunt details niet aanzetten in Google Maps.
  • Google Maps biedt geen ondersteuning voor het gebruik van optionele statistieken.
  • Locatienamen die langer zijn dan 500 tekens worden niet gegeocodeerd.

Was dit nuttig?

Hoe kunnen we dit verbeteren?
Zoeken
Zoekopdracht wissen
Zoekfunctie sluiten
Hoofdmenu
16616108592163675143
true
Zoeken in het Helpcentrum
true
true
true
true
true
102097
false
false