Met tijdlijndiagrammen kunt u de relaties tussen groepen gebeurtenissen visualiseren en de tijdsduur vergelijken waarin deze gebeurtenissen hebben plaatsgevonden. Dit artikel bevat een overzicht van de tijdlijndiagrammen en configuratieopties in Looker Studio.
In dit artikel vindt u informatie over het volgende:- Vereisten
- Wat u moet weten
- Voorbeelden van tijdlijndiagrammen
- Het diagram instellen
- Gerelateerde bronnen
Vereisten
Voor tijdlijndiagrammen zijn de volgende velden vereist op het tabblad Instellen van het deelvenster Eigenschappen:
- Rijlabel: een dimensie van het type
tekenreeks
die het label voor elke rij aangeeft. - Begintijd: een dimensie van het type
datum
die het begin van de tijdlijn aangeeft. - Eindtijd: een dimensie van het type
datum
die het einde van de tijdlijn aangeeft.
Als u het veld Eindtijd niet gebruikt, heeft u het veld Duur nodig: een dimensie van het typegetal
die de lengte van een tijdlijndiagram in seconden, minuten, uren, dagen maanden of jaren aangeeft.
Er zijn andere optionele velden die u kunt instellen om extra context aan een tijdlijndiagram toe te voegen. De volgende gedeelten, Voorbeelden van tijdlijndiagrammen en De diagramgegevens instellen, bieden meer informatie.
Wat u moet weten
Aandachtspunten voor tijdlijndiagrammen in Looker Studio:
- Als een waarde geen bijbehorend Rijlabel of bijbehorende Begintijd heeft, verschijnt de waarde niet in het tijdlijndiagram.
- Als de Begintijd, Eindtijd of Duur ongeldig is (of als de ingevoerde Duur een datum berekent die te ver in de toekomst ligt), krijgt het tijdlijndiagram een foutstatus.
- Als de velden Eindtijd en Duur allebei zijn ingevuld, gebruikt het tijdlijndiagram het veld Eindtijd en wordt het veld Duur genegeerd.
Voorbeelden van tijdlijndiagrammen
U kunt tijdlijndiagrammen zo instellen dat ze gegevens op verschillende manieren tonen. Dit gedeelte bevat voorbeelden voor de volgende use cases:
Eenvoudige tijdlijn
Als een tijdlijndiagram de minimaal vereiste velden bevat, kunnen rapportkijkers de tijdsduur van gebeurtenissen in een context plaatsen en vergelijken.
In dit voorbeeld bevat een tijdlijndiagram de volgende dimensies:
- Veld Rijlabel: Naam (de namen van Amerikaanse presidenten)
- Veld Begintijd: Begin (een veld van het type
datum
, in jaren) - Veld Eindtijd: Einde (een veld van het type
datum
, in jaren)
Met deze minimale configuratie van het tijdlijndiagram kunnen rapportkijkers vergelijken hoelang de termijnen van Amerikaanse presidenten waren.
Tijdlijn met staaflabels
Als u wilt dat tijdlijnbalken een andere waarde weergeven dan het veld Rijlabel, geeft u de dimensie Staaflabel op en zet u de stijlinstelling Balklabel tonen aan.
Hierdoor kunnen rapportkijkers de staafwaarde onderscheiden van de rijlabelwaarde, omdat Staaflabel een andere dimensie is dan Rijlabel.
In dit voorbeeld bevat een tijdlijndiagram de volgende dimensies:
- Veld Rijlabel: Termijn (een veld van het type
getal
dat een Amerikaanse presidentstermijn aangeeft) - Veld Staaflabel: Naam (de namen van Amerikaanse presidenten)
- Veld Begintijd: Begin (een veld van het type
datum
, in jaren) - Veld Eindtijd: Einde (een veld van het type
datum
, in jaren)
In dit voorbeeld kunnen gebruikers met de instelling Balklabel tonen achterhalen hoelang de termijn van elke president was.
Tijdlijn met afzonderlijke of meerdere staven per rij
U kunt het veld Rijlabel gebruiken in combinatie met de stijlinstelling Groeperen op rijlabel om balken te groeperen in afzonderlijke of meerdere staven per rij.
In dit voorbeeld bevat een tijdlijndiagram de volgende dimensies:
- Veld Rijlabel: Functie (de functienamen, zoals Vice President, Secretary of State en President)
- Veld Staaflabel: Naam (de naam van de persoon die een specifieke positie heeft bekleed)
- Veld Begintijd: Begin (een veld van het type
datum
, in jaren) - Veld Eindtijd: Einde (een veld van het type
datum
, in jaren)
In het diagram staan de waarden gegroepeerd op de labels Vice President, Secretary of State en President.
Als Groeperen op rijlabel niet aanstaat, staat elke waarde in een afzonderlijke rij, ingedeeld op basis van het rijlabel waarmee de waarde overeenkomt. Aan de staven wordt een kleur toegewezen volgens de gekozen opties voor Kleuren op.
Als Groeperen op rijlabel wel aanstaat, worden alle waarden samen getoond in 1 rij per rijlabel.
In deze indeling kan elke rij er anders uitzien dan andere groepen. U kunt ook de stijloptie Kleuren op rijlabel selecteren om elke rij een samenhangender uiterlijk te geven.
Het diagram instellen
Voeg een nieuw diagram toe of selecteer een bestaand diagram. Gebruik daarna het deelvenster Eigenschappen om de eigenschappen van het tabblad Instellen en Stijl van het diagram in te stellen.
De diagramgegevens instellen
Gegevensbron
Een gegevensbron is de koppeling tussen de component en de onderliggende dataset.
- Als u de gegevensbron van het diagram wilt wijzigen, klikt u op de naam van de huidige gegevensbron.
- Als u de gegevensbron wilt bekijken of bewerken, selecteert u het potloodje voor Gegevensbron bewerken. (Dit icoon wordt alleen getoond als u minstens
weergave
rechten heeft.) - Klik op +GEGEVENS MENGEN voor gegevens uit meerdere gegevensbronnen in hetzelfde diagram. Meer informatie over gegevens mengen
Periodedimensie
Deze optie wordt getoond als uw gegevensbron een geldige datumdimensie bevat.
Deze optie wordt niet getoond voor Google Ads- of Google Analytics-gegevensbronnen, omdat die automatisch een dimensie van het type datum
uit de gegevensbron selecteren.
Met de dimensie Periode kunt u de periode voor een diagram begrenzen. Voorbeeld: Periode is de dimensie die wordt gebruikt als u een periode-eigenschap instelt voor het diagram of als een rapportkijker een periodekiezer gebruikt om de periode te beperken.
Rijlabel
Het veld Rijlabel is de primaire groeperingsdimensie en levert het label voor elke rij. De dimensie Rijlabel moet een dimensie van het type tekenreeks
zijn.
Dit veld is verplicht.
Staaflabel
Het veld Staaflabel is de secundaire groeperingsdimensie en levert het label voor elke staaf. Het veld Staaflabel moet een dimensie van het type tekenreeks
zijn.
Dit veld is optioneel.
Begintijd
Het veld Begintijd geeft aan wanneer het tijdlijndiagram begint. Het veld Begintijd moet een dimensie van het type datum
zijn.
Dit veld is verplicht.
Eindtijd
Het veld Eindtijd geeft aan wanneer het tijdlijndiagram eindigt. Het veld Eindtijd moet een dimensie van het type datum
zijn.
Duur
Het veld Duur bepaalt de lengte van een tijdlijndiagram in seconden, minuten, uren, dagen, maanden of jaren. Het veld Duur moet een dimensie van het type getal
zijn.
Als u het veld Duur gebruikt, moet u het veld Duureenheid specificeren.
Voor tijdlijndiagrammen is het veld Eindtijd of Duur vereist. (Een tijdlijndiagram kan niet tegelijkertijd het veld Eindtijd en het veld Duur bevatten.)
Duureenheid
In het veld Duureenheid wordt de tijdseenheid aangegeven voor het veld Duur. Als u het veld Duur toevoegt, moet u een optie voor Duureenheid selecteren.
U kunt een van de volgende opties selecteren in het dropdownmenu Duureenheid:
- Seconden
- Minuten
- Uren
- Dagen
- Maanden
- Jaren
Tooltip
Rapportkijkers kunnen de cursor op een staaf in een tijdlijndiagram plaatsen om een tooltip met meer informatie over de gegevens te openen.
Tooltips in tijdlijndiagrammen tonen de dimensiewaarden uit de velden Rijlabel, Staaflabel, Begintijd en Eindtijd (of Duur) voor elke staaf.
Met het veld Tooltip kunt u een dimensie specificeren die een aanvullend gegevenspunt levert in tooltips.
Het veld Tooltip moet een dimensie zijn.
Sorteren
Met het veld Sorteren kunt u een dimensie kiezen waarmee u de staven in het tijdlijndiagram wilt sorteren in Oplopend of Aflopend.
Dit veld is optioneel.
Totaal aantal records
In het dropdownmenu Totaal aantal records kunt u aangeven hoeveel rijen u in een tijdlijndiagram wilt opnemen.
- Als Groeperen op rijlabel niet aanstaat, komt Totaal aantal records overeen met het aantal getoonde rijen.
- Als Groeperen op rijlabel wel aanstaat, komt Totaal aantal records overeen met het aantal getoonde staven.
Filteren
Met filters kunt u de gegevens in de component beperken door de waarden die u invoert op te nemen of uit te sluiten. Meer informatie over de filtereigenschap
Filteropties
Filternaam | Klik op een bestaand filter om het te bewerken. Plaats de cursor op de filternaam en klik op X om het filter te verwijderen. |
+Een filter toevoegen | Klik op deze optie om een nieuw filter voor het diagram te maken. |
Diagraminteracties
Met cross-filteren kunnen rapportkijkers met één diagram werken en de betreffende interactie als filter toepassen op andere diagrammen in het rapport. Als cross-filteren aanstaat voor een diagram, filtert u het rapport door op een of meer dimensiewaarden in het diagram te klikken. Meer informatie over cross-filteren
De stijl van het diagram aanpassen
De opties op het tabblad Stijl bepalen de algemene presentatie en het uiterlijk van het hele diagram.
Titel
Als u het selectievakje Titel tonen aanvinkt, kunt u een titel toevoegen en de weergave en plaatsing ervan in het diagram aanpassen.
Titelopties
Titel | Biedt een tekstveld waarin rapportbewerkers een aangepaste titel voor het diagram kunnen invoeren. |
Lettertype van titel |
Stelt het lettertype in voor de titeltekst. |
Lettergrootte van titel | Stelt de lettergrootte in voor de titeltekst. |
Opties voor lettertypestijl | Past vetgedrukte, cursieve of onderstreepte stijl toe op de titeltekst. |
Lettertypekleur van titel | Stelt de lettertypekleur in voor de titeltekst. |
Links | Lijnt de diagramtitel uit aan de linkerkant van het diagram. |
Midden |
Centreert de diagramtitel boven of onder het diagram. |
Rechts | Lijnt de diagramtitel uit aan de rechterkant van het diagram. |
Boven | Plaatst de diagramtitel bovenaan het diagram. |
Onder | Plaatst de diagramtitel onderaan het diagram. |
Kleuren op
Met deze opties bepaalt u de kleuren van de tijdlijnvisualisatie:
Eén kleur | Toont staven in dezelfde kleur. U kunt op de kleurstaal klikken om een kleur te selecteren. |
Reeksvolgorde | Toont staven in de kleuren die in een specifieke volgorde aan de kleurstalen zijn toegewezen. U kunt op elke kleurstaal klikken om een kleur te kiezen voor elke kleurstaalpositie. (De volgorde is: van de staal linksboven naar rechts.) |
Dimensiewaarden | Toont staven in de kleuren die zijn toegewezen aan afzonderlijke dimensiewaarden in het menu Kleurwaarden voor dimensies beheren. |
Kleuren op |
Deze optie is alleen beschikbaar als Reeksvolgorde of Dimensiewaarde is geselecteerd en als de dimensie Staaflabel is gespecificeerd.
Toont staven in kleuren als een groep. U kunt Kleuren op rijlabel of Kleuren op staaflabel kiezen in het dropdownmenu.
|
Ontbrekende gegevens
Met deze instelling bepaalt u hoe staven met ontbrekende dimensiewaarden voor Staaflabel worden getoond in uw tijdlijndiagram.
U kunt een van de volgende opties selecteren in het dropdownmenu:
'Geen gegevens' tonen | Toont de tekst 'Geen gegevens' als de staaflabelwaarden ontbreken. |
'0' tonen | Toont het cijfer '0' als de staaflabelwaarden ontbreken. |
'-' tonen | Toont het streepje '-' als de staaflabelwaarden ontbreken. |
'null' tonen | Toont de tekst 'null' als de staaflabelwaarden ontbreken. |
' ' (leeg) tonen | Toont een lege ' ' als de staaflabelwaarden ontbreken. |
Staafopties
Staaflabelwaarden zijn afkomstig van de dimensie die is geselecteerd als het veld Staaflabel. Als deze optie aanstaat, geeft Staaflabel tonen de dimensiewaarde voor elke staaf in een rij weer.
Met de dropdownmenu's Lettergrootte en Lettertypefamilie kunt u het uiterlijk van staaflabels aanpassen.
Rijopties
Rijlabelwaarden komen van de dimensie die is geselecteerd als het veld Rijlabel. Met deze opties bepaalt u het uiterlijk van rijen in tijdlijndiagrammen:
Groeperen op rijlabel | Als deze optie aanstaat, worden staven met dezelfde rijlabelwaarde op 1 rij getoond. |
Tekstkleur | Hiermee stelt u de tekstkleur van het rijlabel in. |
Lettergrootte | Hiermee stelt u de lettergrootte van het rijlabel in. |
Lettertypefamilie | Hiermee stelt u de lettertypestijl van het rijlabel in. |
Diagramachtergrond | Hiermee stelt u de achtergrond in van het gegevensgedeelte van het diagram. |
Afwisselende rijkleuren | Als deze optie aanstaat, worden er afwisselende rijen met een achtergrondkleur getoond. |
Achtergrond en rand
Met de hieronder genoemde opties bepaalt u het uiterlijk van de achtergrond van de diagramcontainer.
Achtergrond | Hiermee stelt u de achtergrondkleur in van het diagram. |
Straal voor rand | Hiermee voegt u afgeronde hoeken toe aan de diagramachtergrond. Wanneer de straal 0 is, heeft de achtergrondvorm hoeken van 90°. Een rand met een straal van 100° levert een cirkelvorm op. |
Ondoorzichtigheid | Hiermee stelt u de ondoorzichtigheid in van het diagram. Met 100% ondoorzichtigheid worden objecten helemaal verborgen achter het diagram. 0% ondoorzichtigheid maakt het diagram onzichtbaar. |
Randkleur | Hiermee stelt u de randkleur in van het diagram. |
Randdikte | Hiermee stelt u de lijndikte in voor de rand van het diagram. |
Randstijl | Hiermee stelt u de lijnstijl in voor de rand van het diagram. |
Randschaduw toevoegen | Hiermee voegt u een schaduw toe aan de onderste en rechterrand van het diagram. |
Diagramkop
Met de diagramkop kunnen kijkers verschillende acties uitvoeren in het diagram, zoals de gegevens exporteren, het diagram minder of meer gedetailleerd tonen of het diagram sorteren. De opties voor diagramkoppen zijn:
Tonen bij plaatsen cursor (standaard) | Er worden 3 verticale stippen getoond als u de cursor op de diagramkop plaatst. Klik hierop om de koptekstopties te openen. |
Altijd tonen | De koptekstopties worden altijd getoond. |
Niet tonen | De koptekstopties worden nooit getoond. Houd er rekening mee dat rapportkijkers de opties altijd kunnen openen door met de rechtermuisknop op het diagram te klikken. |
Kleur | Stelt de kleur in van de opties voor de diagramkop. |
Gerelateerde bronnen