Controleert of de opgegeven waarde oneven is.
Gebruiksvoorbeeld
IS.ONEVEN(4)
IS.ONEVEN(A2)
Syntaxis
IS.ONEVEN(waarde)
waarde
: de waarde waarvan wordt gecontroleerd of deze oneven is.IS.ONEVEN
retourneertWAAR
alswaarde
een oneven geheel getal is of een verwijzing naar een cel met een oneven getal. Anders wordtONWAAR
geretourneerd.
Opmerkingen
- Deze functie wordt meestal in combinatie met
ALS
in voorwaarden gebruikt.
Zie ook
ISTEKST
: Controleert of een waarde tekst is.
ISVERWIJZING
: Controleert of een waarde een geldige celverwijzing is.
ISGETAL
: Controleert of een waarde een getal is.
ISGEENTEKST
: Controleert of een waarde niet-tekstueel is.
ISNB
: Controleert of een waarde de fout '#N/A' is.
ISLOGISCH
: Controleert of een waarde 'TRUE' of 'FALSE' is.
IS.EVEN
: Controleert of de opgegeven waarde even is.
ISFOUT
: Controleert of een waarde een fout is.
ISFOUT2
: Controleert of een waarde een andere fout is dan '#N/A'.
ISLEEG
: Controleert of de cel waarnaar wordt verwezen leeg is.
ALS
: Retourneert een bepaalde waarde als een logische expressie 'TRUE' is en een andere waarde als deze 'FALSE' is.