Rondt een getal naar beneden af op het eerstvolgende gehele getal dat kleiner is dan of gelijk is aan dit getal.
Gebruiksvoorbeeld
INTEGER(99,44)
INTEGER(A2)
Syntaxis
INTEGER(waarde)
waarde
: de waarde die naar beneden wordt afgerond op het eerstvolgende gehele getal.
Opmerkingen
-
INTEGER
is niet gelijk aanAFRONDEN.NAAR.BENEDEN
metdecimalen
ingesteld op0
.INTEGER
rondt af op waarde, terwijlAFRONDEN.NAAR.BENEDEN
afrondt op absolute waarde, zodat het resultaat verschilt bij een negatievewaarde
. -
INTEGER
is om dezelfde reden ook niet gelijk aanAFRONDEN.BENEDEN
met een significantie van-1
bij een negatievewaarde
. Maar deze functie is wel gelijk aanAFRONDEN.BENEDEN
met een significantie van1
bij een positievewaarde
enAFRONDEN.BOVEN
met een significantie van-1
bij een negatievewaarde
.
Zie ook
GEHEEL
: Kapt een getal af op een aantal significante cijfers door minder significante cijfers weg te laten.
AFRONDEN.NAAR.BOVEN
: Rondt een getal af op een bepaald aantal decimalen, waarbij altijd naar boven wordt afgerond op de volgende geldige waarde.
AFRONDEN.NAAR.BENEDEN
: Rondt een getal af op een bepaald aantal decimalen, waarbij altijd naar beneden wordt afgerond op de volgende geldige waarde.
AFRONDEN
: Rondt een getal af op een bepaald aantal decimalen volgens de standaardregels.
AFRONDEN.N.VEELVOUD
: Rondt een getal af op het eerstvolgende gehele veelvoud van een ander getal.
AFRONDEN.BENEDEN
: Rondt een getal naar beneden af op het eerstvolgende gehele veelvoud van een opgegeven significantie.
AFRONDEN.BOVEN
: Rondt het opgegeven getal naar boven af op het eerstvolgende gehele veelvoud van een opgegeven significantie.