SPARKLINE

Maakt een miniatuurdiagram binnen één cel.

Gebruiksvoorbeelden

SPARKLINE(A1:F1)

SPARKLINE(A2:E2;{"charttype","bar";"max",40})

=SPARKLINE(A2:E2; A4:B5)

SPARKLINE(A1:A5; {"charttype","column"; "axis", true; "axiscolor", "red"})

Syntaxis

SPARKLINE(gegevens; [opties])

• gegevens: het bereik of de matrix met de gegevens die worden getekend.

• opties [OPTIONEEL ]: een bereik of matrix met optionele instellingen en bijbehorende waarden waarmee je het diagram kunt aanpassen.

  • Als wordt verwezen naar een bereik, moet opties bestaan uit twee cellen waarbij de eerste cel de optie is en de tweede cel de waarde is waarop de optie wordt ingesteld.

  • De optie "charttype" definieert het diagramtype dat wordt getekend. Mogelijke waarden zijn:

    • "line" voor een lijndiagram (standaard).
    • "bar" voor een gestapeld staafdiagram
    • "column" voor een kolomdiagram.
    • "winloss" voor een speciaal type kolomdiagram waarin twee mogelijke uitkomsten worden getekend: een positieve en een negatieve uitkomst (zoals kop of munt bij een toss).

  • Voor lijndiagrammen:

    • "xmin" stelt de minimumwaarde op de horizontale as in.

    • "xmax" stelt de maximumwaarde op de horizontale as in.

    • "ymin" stelt de minimumwaarde op de verticale as in.

    • "ymax" stelt de maximumwaarde op de verticale as in.

    • "color" stelt de kleur van de lijn in.
    • "empty" bepaalt hoe lege cellen moeten worden verwerkt. Mogelijke waarden zijn: "zero" of "ignore".
    • "nan" bepaalt hoe cellen met niet-numerieke gegevens moeten worden verwerkt. De opties zijn: "convert" en "ignore".
    • "rtl" bepaalt of het diagram wel of niet van rechts naar links wordt weergegeven. De opties zijn true of false.
    • "linewidth" bepaalt hoe breed de lijn in het diagram is. Een hoger getal betekent een bredere lijn.

  • Voor kolomdiagrammen en winst-verliessparklines:

    • "color" stelt de kleur van de diagramkolommen in.
    • "lowcolor" stelt de kleur van de laagste waarde in het diagram in.
    • "highcolor" stelt de kleur van de hoogste waarde in het diagram in.
    • "firstcolor" stelt de kleur van de eerste kolom in.
    • "lastcolor" stelt de kleur van de laatste kolom in.
    • "negcolor" stelt de kleur van alle negatieve kolommen in.
    • "empty" bepaalt hoe lege cellen moeten worden verwerkt. Mogelijke waarden zijn: "zero" of "ignore".
    • "nan" bepaalt hoe cellen met niet-numerieke gegevens moeten worden verwerkt. De opties zijn: "convert" en "ignore".
    • "axis" bepaalt of een as moet worden getekend (true/false).
    • "axiscolor" stelt de kleur van de as in (indien van toepassing).
    • "ymin" stelt de minimumwaarde van aangepaste gegevens in om de schaal te bepalen voor de hoogte van kolommen (niet van toepassing op winst-verliessparklines).
    • "ymax" stelt de maximumwaarde van aangepaste gegevens in om de schaal te bepalen voor de hoogte van kolommen (niet van toepassing op winst-verliessparklines).
    • "rtl" bepaalt of het diagram wel of niet van rechts naar links wordt weergegeven. De opties zijn true of false.

  • Voor staafdiagrammen:

    • "max" stelt de maximumwaarde op de horizontale as in.
    • "color1" stelt de eerste kleur in die wordt gebruikt voor staven in het diagram.
    • "color2" stelt de tweede kleur in die wordt gebruikt voor staven in het diagram.
    • "empty" bepaalt hoe lege cellen moeten worden verwerkt. Mogelijke waarden zijn: "zero" of "ignore".
    • "nan" bepaalt hoe cellen met niet-numerieke gegevens moeten worden verwerkt. De opties zijn: "convert" en "ignore".
    • "rtl" bepaalt of het diagram wel of niet van rechts naar links wordt weergegeven. De opties zijn true of false.

Notities

• Kleuren kunnen worden opgegeven met hun naam (bijv. "green") of als een hexadecimale code (bijv. "#3D3D3D").
• Je kunt de kleur van een lijndiagram wijzigen door de tekstkleur van de cel te wijzigen.

Zie ook

IMAGE: Voegt een afbeelding in een cel in.

GOOGLEFINANCE: Haalt huidige of historische informatie over waardepapieren op bij Google Finance.