GIR (MIRR)

Berekent de bijgestelde interne rentabiliteit voor een investering op basis van een reeks periodieke cashflows en het verschil tussen de rente die wordt betaald over de financiering en de opbrengsten die worden ontvangen voor herbelegde inkomsten.

Gebruiksvoorbeeld

GIR(A2:A25;B2;B3)

GIR({-4000;200;250;300;350};0,08;0,11)

Syntaxis

GIR(cashflowbedragen; financieringsrente; opbrengstvoet_herinvestering)

• cashflowbedragen: een matrix of bereik met de inkomsten of betalingen voor de investering.

  • cashflowbedragen moeten ten minste één negatieve en één positieve cashflow bevatten om de rentabiliteit te kunnen berekenen.

• financieringsrente: de rentevoet die wordt betaald over het geïnvesteerde kapitaal.

• opbrengstvoet_herinvestering: het rendement (uitgedrukt als een percentage) dat wordt behaald met de herinvestering van inkomsten die worden ontvangen voor de investering.

Opmerkingen

• Een bedrag in cashflowbedragen moet positief zijn als het inkomsten vertegenwoordigt vanuit het oogpunt van de eigenaar van de investering (bijvoorbeeld coupons) of negatief als het een betaling vertegenwoordigt (bijvoorbeeld de aflossing van een lening).

Zie ook

NHW2: Berekent de netto huidige waarde van een investering op basis van een opgegeven reeks van potentieel onregelmatig gespreide cashflows en een discontovoet.

IR.SCHEMA: Berekent de interne rentabiliteit van een investering op basis van een opgegeven reeks van potentieel onregelmatig gespreide cashflows.

HW: Berekent de huidige waarde van een investering met jaarrente op basis van periodieke uitkeringen van een vast bedrag en een vaste rentevoet.

NHW: Berekent de netto huidige waarde van een investering op basis van een reeks periodieke cashflows en een discontovoet.

IR: Berekent de interne rentabiliteit van een investering op basis van een reeks periodieke cashflows.

Voorbeelden